
Wetboek van Strafrecht
Artikel 136 
1
 Hij die, kennis dragende van een voornemen tot het plegen van een der in de artikelen 92-110 omschreven misdrijven, tot desertie in tijd van oorlog, tot militair verraad, tot moord, mensenroof of verkrachting of tot een der in Titel VII van dit Boek omschreven misdrijven dan wel een terroristisch misdrijf voor zover daardoor levensgevaar wordt veroorzaakt, op een tijdstip waarop het plegen van deze misdrijven nog kan worden voorkomen, opzettelijk nalaat daarvan tijdig voldoende kennis te geven, hetzij aan de ambtenaren van de justitie of politie, hetzij aan de bedreigde, wordt, indien het misdrijf is gevolgd, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vierde categorie. 
2
  Dezelfde straf is toepasselijk op hem die, kennis dragende van enig in het eerste lid vermeld reeds gepleegd misdrijf waardoor levensgevaar is ontstaan, op een tijdstip waarop de gevolgen nog kunnen worden afgewend, opzettelijk nalaat daarvan gelijke kennisgeving te doen. 
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- 
	LJN BF5225, Hoger beroep, 22-007350-06 
 Rechtsoort 
 Straf
 Datum uitspraak
 02-10-2008
 Status
 gepubliceerd
 Soort procedure 
 Hoger beroep
 Instantie
 gepubliceerd
 Rechtsoort
 Gerechtshof 's-GravenhagePiranha zaak. 5 (mede)verdachten. Zaak (mede)verdachte 5 Algemeen: Het gerechtshof âs-Gravenhage veroordeelde op 2 oktober 2008 vier verdachten wegens het plegen van terroristische misdrijven tot gevangenisstraffen variërend van vier tot negen jaar. Een vijfde verdachte kreeg drie maanden gevangenisstraf... 
- 
	LJN AT7770, Eerste aanleg - meervoudig, 10/031372-04 
 Rechtsoort 
 Straf
 Datum uitspraak
 14-06-2005
 Status
 gepubliceerd
 Soort procedure 
 Eerste aanleg - meervoudig
 Instantie
 gepubliceerd
 Rechtsoort
 Rechtbank RotterdamUitlokking niet bewezen; geen consecutieve medeplichtigheid. 

